Evelyne in Kameroen!

Limbé, de laatste uitstap april 4, 2008

Filed under: uitstapjes — evelynevanhoutte @ 3:34 pm

Onze laatste dagen in Kameroen zijn geteld maar we gingen (en gaan) er nog eens goed van profiteren!

Zaterdag vertrokken we, voor onze laatste excursie, met de bus naar Limbé.  Drie uur en minstens evenveel compleet inefficiënte politiecontroles verder (wat inhield dat we allemaal van de bus moesten, papieren bovenhalen, 100m stappen, weer op de bus om hetzelfde circus 500 m verder te herhalen), kwamen we aan in Douala. We stapten over in een taxi, die net buiten het drukke centrum, stopte bij een snoepkraampje en een potje choco kocht. “Die mens heeft honger”, dacht ik maar toen, en Kameroen zou Kameroen niet zijn, begon hij de choco aan zijn taxi over het registratienummer te smeren. “Om de politie te misleiden”, zei hij met een iets te brede glimlach maar voor mij was dat gewoon choco aan een auto want alles was nog even leesbaar. Vragen stellen heeft geen zin: c’est comme ça en Cameroun!

Tegen zonsondergang kwamen we in Limbé aan. Het was een heel bijzonder zicht: gitzwarte, vulkanische stranden afgelijnd door palmbomen die overgingen in een ondoordringbaar woud, een zwoel klimaat en Mount Kameroen die dreigend op de kustlijn neerkijkt, met zijn top de mist in.

De volgende dag was het jammergenoeg bewolkt, dus werd het strand even ingeruild voor de botanische tuinen. Niettegenstaande de tuinen de highlight waren van Limbé, waren we toch niet echt onder de indruk aangezien het bord met de plattegrond zowat even groot bleek te zijn als het park zelf. Maar we nestelden ons onder de meest indrukwekkende boom en genoten van de eerste mango’s van het seizoen. In de namiddag brak de zon toch even door en konden we genieten van misschien de laatste zonnestraaltjes.

Ook de volgende dag vatte aan met regen; waardoor we besloten het naburig stadje Buea te bezoeken. Om één of andere voor-een-blanke-waarschijnlijk-niet-te-begrijpen reden, moesten we op het traject 3x van taxi wisselen. Buea was een rustig stadje, aan de voet van Mount Kameroen, met een opmerkelijk vriendelijke bevolking.

Die avond aten we, met onze voetjes in het zand, de vangst van de dag vergezeld van een gegrild banaantje. Alle vingers werden afgelikt (wat weliswaar deels uit noodzaak was aangezien er geen bestek voor handen was).

Voor onze derde en laatste dag in Limbé waren de weergoden ons goed gezind en kon de zee nauwelijks nog verfrissing brengen. Nog een laatste keer tegen de golven opspringen, me nog een laatste keer omdraaien om aan beide kanten toch zeker dezelfde teint te hebben, nog een laatste keer het zwarte zand uit mijn bikini wassen, nog een laatste keer achterom kijken naar de uitzinnig groene landschap, nog een laatste gegrilde barracuda op het strand,…

Over een weekje sta ik weer in België; het lijkt zo absurd!

 

Bafoussam, Bamenda en Foumban maart 19, 2008

Filed under: uitstapjes — evelynevanhoutte @ 7:27 pm

Als we zouden wachten op een stabiele situatie in Kameroen alvorens nog een uitstap te plannen, komen we vast en zeker pas grijs en gerimpeld terug; dus trokken we er dit weekend op uit om het westen te verkennen. Aangezien mijn jaargenoten een eigen wagen met chauffeur verkozen boven het openbaar vervoer en ik in de minderheid was, kwam Joseph, de chauffeur ons zaterdagochtend om 6h30 ophalen. Net voordat de bananenschillen voor de vooruit het zicht volledig belemmerd hadden, kwamen we aan bij de eerste bezienswaardige chefferie. Zoals de naam wel doet vermoeden, is dit de plaats waar de chef van het dorp met al zijn vrouwen woont. Het centrale punt was een imposante, uit bamboe vervaardigde, tempel met strooien dak ondersteund door houten pilaren waarin figuren gekerfd zijn door de lokale kunstenaars. In het aanpalende museum werd de schoonheid van de collectie koninklijke gewaden, sieraden, maskers en beelden bijna tenietgedaan door de verstikkende zweetgeur van de gids maar desalniettemin was deze eerste stop absoluut de moeite waard!

Enkele tientallen km verderop hielden we halt om af te dalen naar een waterval. En je moet toegeven dat een waterval het toch altijd wel weer doet. Na het voldoende ge-ohh en ge-ahh en de nodige kiekjes voor het thuisfront, zetten we koers richting Bamenda voor de, volgens onze chauffeur, mooiste chefferie van de omgeving. In deze chefferie was het paleis (er wordt duidelijk iets te laks omgesprongen met deze term) er eentje waarin de Duitse invloeden ten tijde van kolonisatie duidelijk de bovenhand namen. Spuuglelijk maar de collectie museumstukken en de tempel was indrukwekkend en de gids was een stuk beter te luchten dan de vorige! Hetgeen mij het meest zal bijblijven, is dat de voorwerpen die in de musea achter glas bewaard worden, 50km verder in de brousse dagdagelijks gebruikt worden. Die voorwerpen vind je bij ons in de musea ook maar daar behoren ze tot de geschiedenis van het land en dat is hier niet het geval. Foto’s nemen in het museum mocht niet, maar toen Alex en ik bij het toilet onbewaakt werden achtergelaten, schoten we er gretig op los tot het voodoopopje, waarvan de gids net verteld had dat het iedereen die iets uit het museum stal, me voldoende angst inboezemde en me weer naar de uitgang dreef.

We keerden terug naar Bafoussam waar we zouden overnachten en nuttigden ons avondmaal in het restaurant om de hoek. Al had het van een restaurant niet veel aan want desondanks het feit dat de opstelling van enkele knusse zetels rond een salontafel 3x herhaald was, kon ik me niet van het gevoel ontdoen dat ik, onuitgenodigd, in iemands woonkamer een bordje mee kwam eten.

De volgende dag bereikten we, achteraan op een met de Heilige Maria versierde moto, een meer dat zich in de krater van een vulkaan had gevormd. De rode aardeweg door het woud ernaar toe was op zijn minst even adembenemend als het meer zelf. Het fototoestel was weer gelukkig.

Vervolgens vatten we aan voor Foumban dat gekend stond voor zijn paleis en artisanale markt. Na bijna 7 jaar in Gent, kan je moeilijk onder de indruk zijn van de architectuur hier maar de mythes, de tradities, de rituelen,… die de gids vertelt zijn onevenaarbaar. We lieten ons nog een uurtje gewillig lastigvallen op de artisanale markt waar ik mijn grootmoeder naam, Blanche, weer alle eer aandeed alvorens we terugkeerden naar onze thuishaven Yaoundé.

West-Kameroen was voor mij alles wat ik me bij Afrika had ingebeeld; van de rode aardewegen over de bananenbomen tussen de hutjes met strooien dakjes tot de bedrijvigheid op elke vierkante meter en op elk moment van de dag.

 

Safari, trekking en rellen! maart 3, 2008

Filed under: rondreis in het noorden — evelynevanhoutte @ 2:01 pm

Als een scène in een goedkope komedie, doorspekt met de nodige clichés, zagen Piet en ik elkaar vorige week vrijdag terug op de luchthaven. Calvin, onze chauffeur in lilakleurig nachthemd (eigenlijk zou ik moeten zeggen gewaad maar nachthemd omschrijft het toch beter), bracht ons terug naar onze wijk. Over een schotel gefrituurde bananen en gebraden kip vernam ik de laatste Belgische nieuwtjes en bespraken we ons programma voor de komende week. Het noorden zou onze eerste bestemming worden. Op dat moment hadden we er nog geen idee van hoe belangrijk die keuze was geweest.

Aangezien de nationale vliegtuigmaatschappij zelf door de Kameroenezen als compleet onbetrouwbaar wordt beschouwd, was de keuze voor de nachttrein vlug gemaakt. Na een wachttijd van een slordige 2 uur op de loketverantwoordelijke (wat piets eerste kennismaking met Afrika was) konden we toch een couchette bemachtigen om diezelfde avond te vertrekken; maar of die bedjes al dan niet nog eens 3x verkocht waren, zouden we pas die avond zien. Intussentijd wou ik piet Yaoundé laten zien, wou ik hem tonen hoe je 7 miljoen mensen in één stad propt, hoe het onmogelijk is een taxi te vinden zonder barsten in de vooruit waardoor de doorsnee carglassmedewerker in extase zou verkeren, hoe doodsoorzaak nr 1 hier niet AIDS maar het oversteken van de straat is, hoe je smeergeld moet betalen om op zaterdag een ‘officiële’ stempel voor je paspoort te bemachtigen, hoe je een halve schoenwinkel op je hoofd verplaatst, hoe de lokale pornoster haar beste acteerprestaties aanwendt in het filmpje bij de kapper,…

Om 17h vertrokken we terug naar het station, in de hoop, al was het maar tussen de kippen en de bananen, een plaatsje te bemachtigen op de trein naar het noorden. Tot mijn grote verbazing arriveerde de trein op tijd en in een mum van tijd had ik me op mijn bedje geïnstalleerd, volledig klaar voor dit nieuwe avontuur en heel benieuwd hoe de wereld er zou uitzien als ik morgen mijn ogen opendeed.

De Savanne, wat voordien enkel een begrip was uit de aardrijkskundeles, strekte zich nu eindeloos voor ons uit. Ik dacht dat ik er nooit genoeg van zou krijgen, maar na de, op de trein aansluitende busreis van 9 uur, was ik toch wel blij dat we onze eindbestemming Maroua bereikt hadden. We stapten van de bus en werden aangesproken door Jean-Luc, die ons aanbood ons naar het hotel te brengen. Nadat we er goed en wel in geslaagd waren met 3 personen en 2 rugzakken op zijn moto te kruipen, vertelde Jean-Luc ons dat hij excursies organiseerde. Omdat we toch wel vermoeid waren en het al laat was besloten we met Jean-Luc in zee te gaan.

De volgende ochtend kwam Ibrahim, de chauffeur, ons in het hotel oppikken en vertrokken we richting Waza Nationaal Park, the place to be om wildlife te spotten in Kameroen! De giraffes, de struisvogels (inclusief ei!) en de verschillende soorten antilopen traceren was niet al te moeilijk maar omdat onze chauffeur te lui was om verder door te rijden naar de olifanten en omdat de term 4×4 bij onze wagen enkel sloeg op de wielen maar zwaar tekortschoot wat betrof de motor, de batterij, de ophanging en de carrosserie waren we verplicht vroegtijdig uit het park terug te keren en de volgende dag terug te keren. Maar toen we de volgende ochtend een groep van meer dan 60 olifanten in hun natuurlijke habitat zagen, waren de blauwe plekken door de jeeprit vlug vergeten.

Na de safari zetten we richting Odjilla waar een man met zijn 49 vrouwen en 113 kinderen een volledig dorpje op zich vormden. De landschappen die onderweg aan ons voorbijgleden waren adembenemend. Dorpjes bestaande uit kleine vierkante of ronde huisjes met strooien dakjes, omringd door enkele geiten, een ezel en tientallen kleine kinderen in een restant van een T-shirt met een immer aanwezige glimlach stonden in schriel contrast met het ruwe karakter van de bergen.

’s Avonds kwamen we aan in Rumshiki, een klein bergdorpje van waaruit we onze 2-daagse trekking zouden starten. Op een aangenaam tempo trokken we de bergen in. Vanuit het niets kwamen kinderen opgedoken en riepen ‘cadeau madame’!. We hadden balpennen voor zowat een ganse basissschool meegesleurd maar we waren ze vergeten in Yaoundé. Mijn hart brak telkens zo’n kind zielig naar mij keek en ik hem niet kon geven. Bij gebrek aan stylo’s knutselde Piet in één van de dorpjes een halve miniatuur zoo in elkaar met stukjes hout en bladeren, tot groot jolijt van de kinderen. Vooral de giraffe werd op veel enthousiasme onthaald.           In de late namiddag kwamen we aan in het dorpje waar we zouden overnachten. Bij het afdak bestaande uit wat stronken, wat stro en een mat op de grond, zei Koda, onze gids, ‘on va dormir ici’. Ik ben volledig fan van ‘back to basics’ maar ik moet toch wel toegeven dat ik blij was toen Koda na enkele uren zei: “ik zal jullie je kamer tonen”!

De volgende dag bereikten we kort na de middag ons beginpunt Rumshiki waar Ibrahim op ons wachtte om de terugkeer naar Maroua aan te vangen.  Toen we terug de bewoonde wereld binnenreden, kwamen de gemiste berichten van Alex en Laurens binnen: er waren stakingen en ernstige rellen in de rest van het land. De media, die volledig gecontroleerd wordt door de overheid, meldde dat de oorzaak de prijsstijging van de benzine en andere levensmiddelen was, maar voor de man in de straat was het veeleer de corruptie die in alle lagen van de maatschappij voelbaar is en het feit dat Biya al meer dan 25 jaar aan de macht is, tegen de wil van het volk in. Een, wat je op zijn minst kunt noemen, licht ontvlambare situatie. De vakantiestemming was vlug voorbij, misschien zou ik één van de volgende dagen op het vliegtuig richting België moeten stappen. Ik mocht er niet aan denken. We informeerden ons bij het Belgisch en het Frans consulaat maar aangezien er in het noorden absoluut geen problemen waren, werd ons aangeraden daar te blijven. Jean-Luc had zich ondertussen ontpopt tot ons persoonlijk infopunt, chauffeur en bodygard. Dankzij zijn goede zorgen, hebben we nog een zalige tijd gehad. Omdat we dan toch maar onze, eventueel laatste, dagen goed wouden besteden boekten we nog een excursie naar het Meer van Maga waar we een tiental nijlpaarden vanuit een kano konden gadeslaan. Echt schitterend! Daar bovenop was er die dag een groot feest in Maroua gepland met paardenrennen en traditionele vechtpartijen.  Het was weer op en top vakantie!

Ook het leven in Yaoundé had blijkbaar zijn normale koers weer aangevat en ook mijn jaargenoten hadden de indruk dat voorlopig de rust was weergekeerd. De volgende dag trokken we, op dezelfde manier als we naar het noorden gekomen waren, terug naar Yaoundé. We kunnen nu enkel hopen dat de rellen uitblijven en we onze termijn hier mogen uitzitten want het zal sowieso met veel pijn in het hart zijn dat ik Afrika achterlaat.

 

februari 17, 2008

Filed under: uitstapjes — evelynevanhoutte @ 8:20 pm

dscn3196.jpg

 

Club Noir

Filed under: uitstapjes — evelynevanhoutte @ 8:14 pm

dscn3191.jpg

 

Een weekendje chillen in Yaoundé

Filed under: uitstapjes — evelynevanhoutte @ 8:02 pm

Dit weekend waren we enigszins verplicht in Yaoundé te blijven omdat ons collega’tje Alexandra zaterdag terugkwam. De dag begon met een zoektocht naar een paar schoenen voor één van onze Zwitserse collega’s. ‘Les Swiss’ zijn in het begin van februari gearriveerd en wonen in het appartement naast ons. Ze zijn met 12 en heureusement is het een toffe bende. Het doet soms wel eens deugd met mensen om te gaan waarbij je je niet moet afvragen wat ze nu precies van je willen. Hun aantal maakt het er organisatorisch echter niet gemakkelijker op en het is ook een hindernis om contact te leggen met de Kameroenezen maar het is leuk ze hier te hebben. Zo trok ik dus samen met enkele Zwitserse meisjes richting Marché Mokolo om schoenen te zoeken. Daar aangekomen werden we onmiddellijk opgeslokt door de mensenmassa die zich tussen de honderden en honderden kraampjes perste. Ik denk niet dat ik ooit al zoveel mensen, laat staan schoenen, heb gezien! Die sfeer hier, die bedrijvigheid, die joie de vivre,… ik denk dat je die alleen in Afrika kan ervaren.

In de namiddag hadden we toch wat nood aan een kalmere omgeving en trokken we, op aanraden van een lokale vriend, naar ‘Club Noir’; een etablissement voor de iets meer welstellende toerist dan wij studentjes. Een zwembad, palmbomen en een ligstoel en meer moest ik niet hebben! Dit was zó genieten dan we besloten ook de zondag hier te recupereren van alweer een avondje clubben. Dit keer werd het ‘bar Safari’ waar zoals in de andere clubs een mengeling werd gespeeld van Westerse en Afrikaanse muziek. Die avondjes uit vind ik echt zalig; hoogstwaarschijnlijk door de endorfines want dansen is zowat de enige lichamelijke inspanning die we hier doen! Een rustig maar zeer ontspannend weekend!

 

De stage 2

Filed under: stage — evelynevanhoutte @ 8:01 pm

Deze week liep ik stage op de kinderneurologie.  Het eerste dat me opviel dat was slechts de minderheid van de bedden gevuld was met neurologische problemen.  Ernstige malaria-opstoten, urinaire infecties, gastro-enteritiden teisterden de overige patiëntjes.  In iedere kamer van 4 x 6 m stonden 4 stapelbedjes.  Ieder kind wordt rond de klok vergezeld door één of beide ouders die in hetzelfde bed als het kind slapen.  Het zijn ook de ouders die de medicijnen toedienen en dan ook de volle laag krijgen als zij dit niet goed deden.  Voor de artsen lijkt het werk me hier vaak zeer frustrerend.  Elke dag opnieuw krijgen ze te horen dat het gevraagde onderzoek niet is uitgevoerd.  In de beste gevallen kon de medicatie betaald worden.  Door het gebrek aan verder onderzoek en/of antibiogram, wordt hier ook vaak direct met breedspectrum antibioticum gestart in de hoop ook de haard van de infectie te omvatten; wat de resistentie tegen antibiotica uiteraard in de hand werkt.   Ik had gedacht meer gechoqueerd te zijn door de geneeskunde hier maar nu zie ik dat de zorg, kennis en vaardigheden van de artsen vaak veel beter is dan bij ons maar dat het totaal ontbreken van een sociaal netwerk de situatie hier zo schrijnend maakt.  Ik kan me hier niet verontwaardigd voelen omdat men roeit met de riemen die men heeft.  Ik word er wel misselijk van als ik eraan denk hoeveel er bij ons aan materiaal, geld en tijd verspild wordt.  Hier wordt elk oordopje tientallen keer gebruikt, wordt het laken van de onderzoekstafel hooguit 1x per dag vervangen, wordt elk blad in 2 gescheurd terwijl bij ons de vuilniszakken wegwerpbaar medisch materiaal zich sneller vullen dan dat er patiënten kunnen gehospitaliseerd worden.  Na 2 weken in de ziekenhuizen hier heb ik alleen maar respect gekregen voor de artsen hier en kan ik alleen met afkeer denken aan de manier wij in België met onze middelen, met onze rijkdom omgaan.

 

Een weekendje Kribi februari 12, 2008

Filed under: uitstapjes — evelynevanhoutte @ 8:13 pm

Eenmaal vrijdag uit de veren, vertrokken we voor onze eerste echte uitstap: een weekendje in Kribi dat bekend stond om zijn paradijselijke stranden. Kribi deed zijn naam alle eer aan: prachtige witte stranden, visserboten op de grens tussen water en strand, een immer aanwezige zon en een koele bries. Voor de zoveelste keer sinds mijn vertrek uit België dacht ik: beter dan dit kan het toch echt niet worden!

De zaterdag werd een dagje ontspannen (al zou een mens zich afvragen van wat we hier dan wel moeten ontspannen!). Na dat dagje zonnebaden vond ik, dat als er naar mij gerefereerd werd als ‘la blanche’, dat nu niet meer volledig correct was.

De zondag trokken we erop uit om de highlight van Kribi te zien: de waterval van Lobé. Een willekeurige taxichauffeur die, hoe kon het ook anders, ook gids bleek te zijn, bracht er ons heen. Zijn vriend, een voor één keer niet corrupte militair, wendde 1/10 van zijn spierbundels aan om mij veilig over de glibberige stenen van de rivier naar boven te begeleiden. Waar de stroming minder sterk was, konden we zwemmen. Het zicht was adembenemend!

’s Avonds speelde Kameroen de halve finale van de Coup d’Afrique tegen Egypte. We zaten in een restaurantje dicht bij het strand, afgeladen vol met nerveuze Kameroenezen. De ambiance in de kleine restaurantjes, in de bars en op straat van de voorbije overwinningen kan ik gewoonweg niet beschrijven. Het hele land stond op zijn kop. Ik was in één klap een fervent voetbalsupporter geworden! Zenuwslopend, zo’n match! Het mocht echter niet baten, Kameroen verloor die avond. Maar feesten kunnen de Kameroenezen altijd, en dus gingen dit weekend uit in de plaatselijke discotheek ‘Java’.

Ook de maandag konden we nog genieten van een dagje strand, want het was een feestdag.  Wat een ongelooflijk zalig weekend!

’s Avonds vertrokken gebruind en uitgerust terug naar Yaoundé, terug naar huis.

 

De stage

Filed under: stage — evelynevanhoutte @ 8:12 pm

We zijn hier nu al meer dan 2 weken en ik heb nog niets verteld over de stages. Mijn definitief stagerooster zier er als volgt uit: 2 weken pediatrie, 2 weken interne, 2 weken ORL en 2 weken verloskunde.

Ik heb nu al een 1,5 weekje pediatrie achter de rug en ik sta er zelf versteld van hoeveel ik hier al bijgeleerd heb. Ik heb al de helft van mijn cursus pediatrie de revue zien passeren. Het klinisch onderzoek is hier van fundamenteel belang daar de technische onderzoeken niet alleen veel beperkter zijn dan ons maar ook voor de meeste mensen onbetaalbaar zijn daar er geen terugbetaling is. Bijgevolg wachten de meeste mensen te lang alvorens een arts te consulteren en zijn de ziektebeelden in een veel verder gevorderd stadium dan bij ons. Dit compleet ontbreken van sociaal netwerk vind ik het meest choquerende: mensen die het aangevraagde onderzoek niet kunnen betalen worden aan hun lot overgelaten en sterven desnoods op straat. Daar tegenover heb ik wel enorm veel respect gekregen voor de kennis en vaardigheden van de artsen hier, voor de manier waarop men hier met de patiënten omgaat, hoe vruchtbaar interdisciplinair overleg hier is, … Nu pas heb ik echt het gevoel dat ik geneeskunde doe.

 

februari 4, 2008

Filed under: eerste dagen in Kameroen — evelynevanhoutte @ 5:09 pm

dscn3112.jpg